De Oekraïense onlinesite Chytomo, dat ‘leesbaar’ betekent, houdt zich bezig met het literaire leven in Oekraïne. En met de literaire dood. Onderzoekers van Chytomo zijn tot de onthutsende ontdekking gekomen dat 227 Oekraïense schrijvers, dichters, vertalers, journalisten en uitgevers zijn gedood sinds Rusland het land drie jaar geleden is binnengevallen. Meer dan honderd intellectuelen zijn in die periode ontvoerd, gemarteld en ter dood gebracht door de Russische agressor. De anderen kwamen om bij bombardementen of aan het front.

Op 24 mei 2024 werd de drukkerij Faktor-Druk, waar de meeste Oekraïense boeken worden vervaardigd, met de grond gelijk gemaakt. In de buurt van Charkov stond een museum gewijd aan de landelijk beroemde filosoof en dichter Grigori Skovoroda; daar is niets meer van over. Dat geldt ook voor de talloze bibliotheken, die een geliefd doelwit zijn van de Russen. Zij vinden dat Russisch de voertaal moet worden in Oekraïne, en gebruiken dat als excuus om de inheemse literatuur te vernietigen.
De hoofdredacteur van Chytomo, Oksana Khmeliovska, zei tegen Le Monde dat er ‘een enorme literaire leegte is ontstaan, die niet eenvoudig te dichten zal zijn’. Khmeliovska richtte afgelopen herfst het collectief Erase the Word op, in het verlengde van een expositie met de naam Antitext, die in 2023 in het literair museum van Charkov plaatsvond. Terwijl Antitext zich richtte op het lot van de Oekraïense literatuur ten tijde van de Sovjet-Unie, bestrijkt Erase the Word een langer tijdsbestek. Acht lange teksten in het Engels en Oekraïens van journalisten en schrijvers veroordelen het cultureel imperialisme vanaf de tsaren tot Poetin. Deze teksten tonen aan dat de Oekraïense cultuur al drie eeuwen een doorn in het oog is van de Russen, die voor niets terugdeinzen om de vertolkers ervan uit de weg te ruimen.
De russificatie via onderwijs en (des)informatie in de door Vladimir Poetin bezette gebieden kent geen grenzen. Rusland beweert volgens Chytomo dat de Oekraïners hoe dan ook geen eigen cultuur hebben. Ook vóór de invasie werden Oekraïense boekwinkels in gebieden onder Russische invloed overstelpt met Russische werken, zogenaamd omdat de Oekraïense tegenhangers niets voorstelden. Het was dan ook geen toeval dat het voor Oekraïners niet eenvoudig was boeken in hun eigen taal te bemachtigen. Alleen de boeken van pro-Russische schrijvers werden getolereerd. Dissidenten werd publiceren, ook na de onafhankelijkheid in 1991, vrijwel onmogelijk gemaakt.
Het Erase the Wordcollectief geeft aan dat Oekraïens werk in het Westen heel lang nauwelijks verkrijgbaar was, laat staan vertaald werd, alsof Rusland zelfs daar invloed had. Er was een oorlog nodig om ook in Nederland de aandacht te vestigen op inmiddels vertaald werk van bijvoorbeeld Oksana Zaboejko, Tanja Naljartsjoek en Stanislas Aseyev. Maar het collectief wijst eveneens op de duizenden boeken die niet geschreven konden worden, of waarvan de manuscripten zijn vernietigd.
“De Oekraïense literatuur wordt soms marginaal genoemd, maar is in feite gemarginaliseerd,” zei Khmeliovska tegen Le Monde. Dat deed ze vanuit Montreal, waarnaar zij, uit angst voor Russische vergelding, met haar gezin is uitgeweken. “Wij zijn gevoed met de stelling dat Russisch elitair is en Oekraïens primitief. Daar kan dus volgens Russen hooguit tweederangs literatuur uit voortkomen. Al die mensen die zich verdiepen in Tolstoj, hebben geen idee dat er ook geniale literatuur bij ons bestaat.”
De Revolutie van de Waardigheid, ook wel de Maidanrevolutie, hield in 2014 de belofte in zich van democratisering en toenadering tot de Europese Unie. Heel even leek het erop dat Oekraïne onder het Russische juk vandaan kon komen. Maar sinds drie jaar weten de Oekraïners wel beter: het cultureel kolonialisme blijkt nauwelijks te stuiten. Door de boeken van Poesjkin en Dostojevski uit de nog bestaande boekwinkels te verwijderen, stellen ze in elk geval een symbolische wanhoopsdaad.