Vliegende taxi’s, een pratende robot die de pizza komt brengen, James Bond-achtige amfibiewagens, het zijn een paar voorbeelden van de soft power tactiek van de Volksrepubliek China. Soft power, in tegenstelling tot militaire druk en politieke dwang, is het middel dat de autoriteiten inzetten om het slechte imago dat China in de wereld heeft bij te stellen. Verrassen met innovatie, gadgets en waargeworden science-fiction. En die tactiek lijkt succes te boeken, getuige de vele jongeren in het Westen die bereid zijn de donkere kanten van het Xi-regime te vergeten. Sinds de herverkiezing van Donald Trump is Amerika minder populair als reisdoel en lijkt China een spannend alternatief. Bloggers en vloggers met miljoenen volgers plaatsen positieve berichten over hun reizen naar China. De People’s Daily, het propagandablad van de communistische partij, verbaasde eenieder met een artikel onder de kop ‘Hoe is China cool geworden?’

Tien jaar geleden gaf China tien miljard dollar per jaar uit om zijn imago op te vijzelen, aldus The Economist. Dat is vermoedelijk alleen maar méér geworden. In zo’n vijfhonderd buitenlandse onderwijsinstellingen zijn Confucius Instituten geopend waar Mandarijn wordt onderwezen en cultuurgeschiedenis wordt gegeven. Door de staat gefinancierde ‘journalisten’ maken op de sociale media reclame voor het ‘verjongde’ China. Honderden journalisten worden jaarlijks uitgenodigd om de Chinese uitvindingen en andere hoogstandjes te komen bekijken. Velen van hen keren terug naar huis in de overtuiging dat China mijlen voor ligt op het Westen, zowel op technisch als op milieu- en klimaatgebied. Chinezen zijn doortastender en consequenter. Consumentendrones, elektrische auto’s, kleine kerncentrales, hogesnelheidstreinen en nog veel meer zijn niet alleen stukken goedkoper, maar vaak ook beter. De teruglopende verkopen bij Tesla hebben niet alleen te maken met een afkeer voor eigenaar Elon Musk, maar ook met de hoge kwaliteit van Chinese producten.
Hoewel China ambieert een filmindustrie op te zetten die de wereld gaat veroveren, is het vooralsnog eerder succesvol met games. Vier van de tien bestverkochte games in 2024 waren ontworpen in China. Genshin Impact, een rollenspelavontuur, levert de makers een miljard dollar per jaar op. TikTok, een app met zeer korte video’s, eigendom van Bytedance, wordt wereldwijd het meest gedownload van alle sociale media-apps. Zogeheten microdrama’s made in China worden in Mexico en Indonesië op miljoenen mobiele telefoons bekeken.
De consultants van het Britse Brand Finance vragen jaarlijks aan honderdduizend respondenten welk land het goed doet als merk. Vorig jaar stond China onverwacht op de tweede plaats, na de VS. De Alliance of Democracies Foundation, een Deense NGO die de mate van democratie in alle landen van de wereld meet, zag het cijfer voor China van min vier procent in drie jaar tijd stijgen naar plus veertien procent. In Amerika is de mate van democratisering intussen van plus 22 procent in 2022 gedaald naar min vijf procent in 2025.
Het pro-Chinasentiment geldt niet voor Aziatische landen die grensconflicten hebben met China en bezorgd zijn over de expansiedrang van hun machtige buurman. Ook in Europa is lang niet iedereen enthousiast over China: vooral niet te positief zijn over een land dat minderheden onderdrukt, politieke tegenstanders gevangen zet en een angstregime voert. China laat zich er niets aan gelegen liggen en antwoordt door de visumplicht voor 38 (vooral Europese) landen af te schaffen en verwachtte in 2024 aan dertig miljoen buitenlandse toeristen een sympathiek, schoon en gastvrij China voor te schotelen. Misschien zou China echt cool worden als het niet zo hard zijn best deed.