En daar zagen we hem opeens weer: in een vaalgroen uniform, met een ongezond uiterlijk, maar onmiskenbaar Bouterse, in het bijeengesprokkelde televisiejournaal van de Nederlandse zakenman Ton Tabben. Geen haan die ernaar kraaide.

Kan iemand tegenwoordig nog spoorloos verdwijnen? Desi Bouterse lijkt de truc al bijna een jaar uit te halen sedert zijn veroordeling tot twintig jaar celstraf vanwege de Decembermoorden. Nog wonderlijker is de spoedige verdwijning van de voortvluchtige moordenaar uit de publieke aandacht. Sedert maart al besteden Surinaamse media nauwelijks nog aandacht aan de zaak. Men heeft wel iets anders aan zijn hoofd. Er zijn bijvoorbeeld, in mei volgend jaar, verkiezingen op til. Maar Bouterses Nationaal-Democratische Partij (NDP), wellicht beducht voor stemmenverlies, waakt ervoor zich met hem te encanailleren.
De NDP was dit jaar vooral verwikkeld in een bittere strijd om het vacante leiderschap, die werd gewonnen door de (steevast van het predicaat ‘gerespecteerde’ voorziene) arts Jenny Simons-Geerligs. Zij laat zich liever niet over haar criminele voorganger uit. Wel zingt diens echtgenote Ingrid (‘Ingrid de tweede’, want zijn eerste heette ook zo) regelmatig de lof van de zegeningen van Desi’s beleid, en zijn verstokte aanhangers smeken hardnekkig Gods zegen over hem af.
Maar waar is hij? De speculaties zijn verstomd. Eerst heette het dat hij zich mogelijk schuilhield in een luxe zorghotel van ’s Lands Hospitaal buiten Paramaribo of in zijn geliefde jungle bij de Raleighvallen. Op YouTube verscheen hij kennelijk in blakende gezondheid en geflankeerd door acht inheemse indiaanse vrouwen in full dress, maar zulke beelden kunnen in deze tijd gemakkelijk nepnieuws zijn. Is hij over de grens gevlucht?
De Nederlandse strafrechtadvocaat Geert-Jan Knoops oppert dat Bouterse zich in Cuba of Venezuela kan bevinden, twee landen waarmee Suriname geen uitleveringsverdrag heeft; het laatste is bovendien vanuit Paramaribo over land bereikbaar.
In het argwanende Suriname groeit inmiddels de overtuiging dat de autoriteiten Bouterse liever op vrije voeten laten. Achter tralies kan hij immers een symbool worden van verzet tegen de regering, en zijn cel een ‘heilige plek’. Kort voor Onafhankelijkheidsdag, 25 november, zag procureur-generaal Garcia Parasingh zich genoopt op een persconferentie tegen te spreken dat de rechterlijke macht een ‘ondergrondse strategie’ heeft om geen haast te maken met de opsporing en arrestatie van Bouterse, hetgeen volgens haar een erg gecompliceerde zaak is, temeer omdat Interpol een verzoek tot signalering heeft afgewezen. Het Dagblad Suriname vraagt zich dan prompt af waarom er nooit een beloning is uitgeloofd voor inlichtingen over Bouterses verblijfplaats.
Overigens kan, als hij wordt aangehouden in het buitenland, de vraag rijzen wat voorrang heeft: zijn veroordeling vanwege de Decembermoorden of de eerdere, vanwege handel in cocaïne, waarvoor de Nederlandse justitie hem elf jaar wil opsluiten.
Ondertussen doet de regering-Santokhi een opzichtige poging om in de aanloop naar de verkiezingen de oppositie de wind uit de zeilen te nemen door alle Surinamers alvast een virtueel voorschot te geven op de fabelachtige olierijkdommen voor de kust die wellicht over enige jaren in de Surinaamse schatkist vloeien. Dat kan mogelijke rooskleurige herinneringen aan Bouterse voorgoed doen verbleken.
Maar als je hem in het journaal van Tabben bekijkt, zou je zeggen dat de man het sowieso niet lang meer zal maken. Zijn ze ook van hem af.