Er zijn in Rusland de laatste tijd wel erg veel mensen die kritiek hadden op het regeringsbeleid uit ramen gevallen. Zo te zien is de oude praktijk van de defenestratie terug van weggeweest. Het Latijnse fenestra betekent venster, en defenestreren betekent uit het raam gooien. Het eerste beschreven geval vinden we in de Bijbel. In 2 Koningen 9 gebiedt legeraanvoerder Jehu om koningin Izebel van Israël uit het raam te gooien.
De term kwam in zwang na de Tweede Praagse Defenestratie van 1618. Er was ook een eerste, en mogelijk zelfs een derde. Die eerste vond plaats in 1419. Hussieten bestormden het Praagse stadhuis en gooiden zeven stadsbestuurders uit het raam, op de speren van de menigte buiten. In 1618 wierpen boze protestanten drie vertegenwoordigers van de katholieke koning uit een venster van de Praagse Burcht, de aanzet tot de Dertigjarige Oorlog, met vele miljoenen slachtoffers. En dat terwijl die drie gedefenestreerden de val hadden overleefd. Volgens de vrome versie omdat de maagd Maria als reddende engel was verschenen en ze in hun val in haar kleed had opgevangen. Minder verheven is de verklaring dat er beneden een grote mesthoop stond.

Deze beide Praagse defenestraties vonden in alle openheid plaats. In onze tijd kan discretie zinvol zijn. Bij politieke liquidaties is dat niet altijd makkelijk. In principe kent men daar de natte en de droge klus. Nat wil zeggen met bloed (door kogels of staal), droog met vergif. Ook dat laatste kent risico’s. Tegenwoordig zijn gifsporen gauw gevonden. Maar bij een kundig uitgevoerde defenestratie zijn er geen bewijzen. Want hoe zat het met de Derde Praagse Defenestratie? In maart 1948 werd de Tsjecho-Slowaakse minister van Buitenlandse Zaken, Jan Masaryk, dood in de tuin van zijn ministerie gevonden. Hij was de zoon van de eerste Tsjechische president Tomas Masaryk en zat als burgerlijk politicus in een kabinet met de communisten. Toen hij Amerikaanse Marshallhulp wilde ontvangen, werd dat door Stalin verboden. Zelfmoord? Tijdens de Praagse Lente werd een onderzoek gestart, daarna afgeblazen en weer veel later zou het toch weer een defenestratie zijn geweest.
De machthebbers schrijven de geschiedenis. Maar niet altijd. Tijdens de Korea-oorlog waren de Verenigde Staten gealarmeerd door kennelijke communistische successen met ‘hersenspoeling’ van Amerikaanse krijgsgevangenen. Koortsachtig werd gezocht naar een eigen middel om mensen ‘om te keren’. LSD leek een veelbelovend serum. In geheime ondervragingscentra werd het naast klassieke marteling (met hulp van Duitse specialisten) ingezet tegen gevangen agenten van de tegenpartij.
Maar ook nietsvermoedende eigen burgers werden proefkonijn. Een van hen was de wetenschapper en CIA-medewerker Frank Olson. Hij was getuige geweest van geheime, vaak dodelijk eindigende verhoorsessies en daar diep door geschokt. Wat als hij onder invloed van LSD zijn mond voorbij zou praten? Hij viel uit een hotelraam van tienhoog. Suïcide of een ongeluk? Zijn zoon beet zich in de kwestie vast en maakte duidelijk dat het moord was. In Rusland wordt die vraag niet eens gesteld.